|
Luikse vechtkrielen |
|||||||||||||||||||||||||||
|
Herkomst: België. Na vrijwel geheel verdwenen te zijn geweest is ongeveer in 1965 een begin gemaakt met het terugfokken van dit krielras. Algemene indruk: Vrij hoog gesteld, breed en krachtig van met een slechts weinig afhellende rug. Vormbeschrijving |
|||||||||||||||||||||||||||
|
Romp Kop
Kam snavel Kinlellen Oorlellen Ogen
Hals Rug & Zadel Borst Vleugels Schouders Staart Achterlijf Dijen
Loopbenen Tenen Bevedering |
Iets langwerpig, waarbij de markante schouders duidelijk het breedste zijn. Lang en breed, de schedel is vlak. Door de sterk overstekende wenkbrauwen. Lijkt de kop nog breder. Gezicht bij voorkeur purperrood. Kleine laag op de kop geplaatste erwtenkam, bij voorkeur purperrood. Krachtig, goed gebogen; donker hoornkleurig. Zeer klein, donkerrood tot purperrood. Klein, purperrood. hoog in de schedel geplaatst; diepliggend onder de overstekende wenkbrau-wen, uitdagende uitdrukking; donkerbruin. Lang, krachtig en iets gebogen. Breed en vlak, iets afhellend; het zadel is duidelijk smaller. Breed en bespierd. Iets naar voren en vrij hoog gedragen.. Krachtig, niet te lang, goed aangesloten gedragen. Hoekig, enigszins hoog gedragen. Goed ontwikkeld en gedragen onder een hoek van 45 graden.. Weinig ontwikkeld, goed opgetrokken; donspartij zeer kort. Lang, goed uit het gevederte tredend en goed gespierd; van voren gezien goed uit elkaar geplaatst, evenwijdig aan elkaar; het hielgewricht is iets gebogen. Lang en krachtig, donkerblauw van kleur. Vier tenen, de achterteen moet op de grond rusten Krap en hard, goed aanliggend met weinig donsontwikkeling. |
||||||||||||||||||||||||||
|
Eventuele verschillen tussen haan en hen Behoudens secundaire geslachtskenmerken geen verschillen van betekenis. De staart wordt iets hoger gedragen bij de hen. Spoorvorming is ook bij de hennen gewenst.. Ernstige fouten Smalle bouw en te weinig gespierd; lichte ogen; witte oorlellen en het voorkomen van geel pigment in snavel, loopbenen of in de huid. Fouten Te korte kop; lage vleugeldracht en te lage stelling; niet geheel vlakke rug.
Kleurslagen:
Noot Bij de beoordeling van de Luikse vechters dient allereerst gelet te worden op type en grootte; kleur en tekening komen pas op de tweede plaats. Donker pigment in de huid wordt niet als fout aangerekend. c 01-17 |
|||||||||||||||||||||||||||
|
speciaalclub |
Fokkers Frisia |
||||||||||||||||||||||||||