Orpington krielen |
|||||||
c 03-17 |
|
||||||
Herkomst: Omstreeks 1905 in Duitsland gecreëerd. Algemene indruk: Diep gebouwd krielhoen, toont nog dieper door de rijke donsontwikkeling. Volle dijbevedering, gevulde hals, zeer brede borst en zeer brede rug. Vormbeschrijving |
|||||||
Romp Kop
Kam
Snavel Kinlellen
Oorlellen Ogen Hals
Rug & Zadel
Borst
Vleugels
Schouders Staart
Achterlijf Dijen
Loopbenen Tenen Bevedering |
Breed, diep en vol. Middelgroot, van boven breed, doch zonder overstekende wenkbrauwen; levendig rood. Enkel, nauwelijks middelgroot, recht en rechtop, stevig op de kop geplaatst; regelmatig getand met 5 goed ingesneden kamtanden, de voorste en de achterste kleiner dan de middelste; kamhiel de buiging van de nek volgend zonder deze te raken; fijn van weefsel; levendig rood. Kort, krachtig en regelmatig gebogen; kleur naar gelang de kleurslag. Nauwelijks middellang, van onderen goed gerond, fijn van weefsel; levendig rood. Vrij klein, langwerpig, glad, fijn van weefsel; levendig rood. Levendig, groot en rond; kleur al naar gelang de kleurslag. Vrij kort, licht gebogen, goed gevuld, vol bevederd met overvloedig halsbe-hang, dat reikt tot op de schouders. Breed, vlak tussen de schouders; door de volle halskraag en het vol beve-derde, oplopende zadel toont de rug kort; zadelbehang breed en vol beve-derd, oplopende naar de staart. Breed en diep, goed gerond, overal goed gevuld, de onderborst een weinig naar voren gedragen. Vrij klein, goed gesloten, horizontaal tegen het lichaam gedragen, rustend op het dons van de flanken; boeg bedekt door de borstveren, vleugeleinden bedekt door het zadelbehang; grote en kleine slagpennen breed. Goed gerond Middellang, goed gespreid, half hoog en geopend gedragen, in een ononderbroken lijn overgaande in de oplopende ruglijn; de staartstuurveren worden geheel afgedekt door de sikkels en de staatdekveren, zonder dat de sikkels voorbij de stuurveren reiken; de staart heeft de vorm van een omgekeerde V, waarbij de staartstuurveren elkaar goed afdekken. Vrij diep; donspartij rijk ontwikkeld; dons vol en zacht. Krachtig; kort, vol bevederd, grotendeels schuilgaande in de volle bevedering van de flanken. Flink uit elkaar geplaatst; stevig, kort, glad, ten dele schuilgaand in de dijbevedering; vier tenen; kleur al naar gelang de veerkleur. Vol en zacht, mag niet ontaarden in een slordige losvederigheid; rijke donsontwikkeling. |
||||||
Eventuele verschillen tussen haan en hen Behoudens secundaire geslachtskenmerken geen verschillen van betekenis. Bij de hen is de rug breed en kort; de rug-staartlijn loopt minder hoog op. Ernstige fouten Te groot; te geringe diepte; onvoldoende diepe borst; te gedrongen bouw; onvoldoende donsbevedering; slordige, al te losse bevedering; te lange rug; wit in de oorlellen; miskleurige snavel; afwijkende beenkleur. Losse dijbevedering, waardoor de loopbenen nauwelijks zichtbaar zijn. Fouten Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend. Bovendien te grote kam.
Kleurslagen: Zwart: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 99 van de Algemene Kleurbeschrijving. Aan de glans worden zeer hoge eisen gesteld. Snavel: zwart. Ogen: donker-bruin tot bruinzwart. Loopbenen en tenen: donker leiblauw met zwarte gloed op de schubben; voetzolen en zolen van de tenen: wit. Blauw (gezoomd): Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 101 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: donker hoornkleurig. Ogen: donkerbruin tot bruinzwart. Loopbenen en tenen: leiblauw met enige zwarte gloed op de schubben; voetzolen en zolen van de tenen: wit. Buff: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 103 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: rose-wit. Ogen: oranjerood. Loopbenen en tenen: wit Wit: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 98 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: wit. Ogen: oranjerood. Loopbenen en tenen: wit Ernstige fouten: anders dan witte loopbenen en tenen. Gestreept: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 107 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: wit. Ogen: oranjerood. Loopbenen en tenen: wit Ernstige fouten: anders dan witte snavel, loopbenen en tenen. Rood: Kleur en tekening van haan en hen levendig, glanzend, warm dieprood met zo weinig mogelijk zwart in vleugels en staart. Donskleur: rood. Oogkleur: oranjerood. Snavel, loopbenen en tenen: wit. Ernstige fouten: anders dan witte snavel, loopbenen en tenen. Berken: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 40 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: hoornkleurig. Ogen: bruinrood. Loopbenen en tenen: wit met enige grijze aanslag; voetzolen: wit. Goudgeel zwartgezoomd: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 53 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: licht hoornkleurig bij de haan en hoornkleurig bij de hen. Ogen: bruinrood. Loopbenen en tenen: vleeskleurig wit; voetzolen: wit. Bij de hen is enige grijze aanslag op de loopbenen toegestaan. Roodporselein: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 92 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: rose-wit. Ogen: oranjerood. Loopbenen en tenen: vleeskleurig wit. Zwart witgepareld: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 95 van de Algemene Kleur-beschrijving. Snavel: hoornkleurig of wit met hoornkleurige aanslag. Ogen: roodbruin of bruin. Loopbenen en tenen: zwart met regelmatig witte vlekken. Chocolade: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 110 van de Algemene Kleur-beschrijving, maar met meer glans. Bovengevederte over het geheel van een gelijkmatige en glanzende donkerbruine kleur. De sierveren van de haan, alsmede rug en schouderveren zijn donkerder gekleurd. Donskleur: bruinachtig grijs. Snavel: donkerbruin. Ogen: donker bruin. Loopbenen en tenen: donker leiblauw met bruine glans op de schubben. Ernstige fouten: Onegaal van kleur, te donker of te licht over het geheel, anders gekleurde veerdelen. Fouten: Bovengenoemde ernstige fouten in mindere mate voorkomend, te geringe glans bij de haan. |
|||||||
Fokkers Frisia |
|||||||