Zijdehoenders |
|||||||
c:02-19 |
|
||||||
|
|
||||||
|
|
||||||
Herkomst: In Nederland ontstaan uit grote naamgenoten. Algemene indruk: Zijdehoenkrielen vallen op door de zijdeharige pluimage, die meer aan wol dan aan veren doet denken. Verder zijn de purperkleurige kopversierselen en de donkere huidkleur een raskenmerk. Het ras is erkend met of zonder baard. Vormbeschrijving |
|||||||
Romp Kop
Gezicht Kam
Snavel Kinlellen
Oorlellen Ogen Kuif
Baard
Hals Rug & Zadel Borst Vleugels
Schouders Staart
Achterlijf Dijen Loopbenen Tenen
Bevedering
Huid |
Kort, middelmatig breed en toont mede door de bevedering vrij diep. Klein en vrij rond; schedel kan iets verhoogd zijn zonder te ontaarden in een schedelknobbel. Purperkleurig. Goed voor op de kop geplaatste walnootkam, bij voorkeur breder dan lang, bij voorkeur voorzien van een overdwarse groef, zonder kamdoorn; purperkleurig. Kort en stevig; blauw. Kort en goed gerond; purperkleurig; bij dieren met baard zeer klein tot nauwelijks ontwikkeld. Ovaal van vorm; licht lazuurblauw van kleur. Levendig, groot en vol; zeer donkerbruin, bij zwart af. Nauwelijks middelgroot, goed gesloten, als geheel iets naar achteren gericht; de ogen vrij latend, de kuif is direct achter de kam geplaatst. Indien aanwezig, middelgroot, driedelig, de keel en de beneden helft van het gezicht bedekkend. Vrij kort, goed gebogen. Breed en kort, in een holle lijn oplopend naar de staart. Breed, diep en goed gerond; enigszins naar voren gedragen. Middellang, goed gevouwen, bijna horizontaal gedragen; met zoveel mogelijk gerafelde, franjeachtige structuur, voor ongeveer 1/3 deel zijdevederig. Vrij breed, goed gerond en deels bedekt door het halsbehang. Stuurveren kort, vrij hoog gedragen, aan de basis goed gespreid, afgedekt door sikkels en bijsikkels, de vanen van de staartstuurpennen goed gerafeld aan de einden en franjeachtig van structuur. Vrij diep en vol, goed gerond. Kort, rijk bevederd doch zonder gierhakken. Kort, aan de buitenzijde bevederd met niet te lange, zachte veren; vijf tenen, de 5e teen staat geheel los van de achterteen en is goed achterwaarts en enigszins naar boven gericht; de middelteen bij voorkeur en de buitenteen goed bevederd; kleur van loopbenen en tenen loodblauw. Rijk, zeer zacht en zijdeharig; doordat de weerhaken aan de baarden onvol-doende ontwikkeld zijn, zit er geen verband in de vanen van de veer; de vanen zijn franjeachtig. Blauw. |
||||||
Eventuele verschillen tussen haan en hen Behoudens secundaire geslachtskenmerken de volgende verschillen: De kuif van de hen is meer bolrond van vorm, de hen heeft een zeer breed, bolrond zadelkussen. Ernstige fouten Kleine of misvormde kuif; kamdoorntjes; onvoldoende zijdevederigheid vooral in de staart en vleugels; anders dan een blauwe huid, afwijkende snavel- en beenkleur; ontbreken van de 5eteen; ontbreken van bevedering aan de loopbenen, midden- en buitenteen. Fouten Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend. Aan elkaar gegroeide 4e en 5e teen. Veel rood in de oorlellen.
Kleurslagen met of zonder baard: Wit Kleur van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 98 van de Algemene Kleurbeschrijving. Een weinig crème in de bevedering is toegestaan. Zwart Kleur van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 99 van de Algemene Kleurbeschrijving. Parelgrijs Kleur van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 102 van de Algemene Kleur-beschrijving. Meerzomig patrijs Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 23 van de Algemene Kleur-beschrijving. Door de zijdeachtige veerstructuur is de tekening geheel verwaterd. Aan de kleur en tekening kunnen daardoor geen hoge eisen worden gesteld. Bij de haan is enig rood in de borst toegestaan evenals een donkerder roodbruine grondkleur bij de hen. De kuif is gekleurd als de hals, de voetbevedering als de dijen. Buff Kleur van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 103 van de Algemene Kleurbeschrijving. Rood: Kleur en tekening van haan en hen gelijkmatig, warm dieprood met zo weinig mogelijk zwarte tekening in vleugels en staart. Donskleur: rood Citroen: (tekst volgt)
Chocolade Kleur en tekening van haan en hen: Bovengevederte over het geheel van een gelijkmatige diepe donkerbruine kleur. De sierveren van de haan, alsmede rug en schouderveren zijn donkerder gekleurd. Donskleur: bruin. Ernstige fouten: Onegaal van kleur, te donker of te licht over het geheel, anders gekleurde veerdelen. Fouten: Bovengenoemde ernstige fouten in mindere mate voorkomend. |
|||||||
overzicht kippenrassen |
Fokkers Frisia |
||||||