Duitse Rijkshoenders

Herkomst: Duitsland. Gefokt sedert het begin van de 20^e eeuw.

Algemene indruk: Een middelzwaar hoen, middelhoog gesteld en van een langgerekt rechthoekig type, nog langer tonend door de lange, rechte rug en sterk achterwaarts gerichte staartdracht, kleine kopversierselen en witte loopbenen.

Vormbeschrijving

Romp

Kop

Kam

Snavel

Kinlellen

Oorlellen

Ogen

Hals

Rug &

Zadel

Borst

Vleugels

Schouders

Staart

Achterlijf

Dijen

Loopbenen

Tenen

Bevedering

Langgerekte, rechthoekige vorm met brede schouders en brede, volle buik.

Middelgroot, eerder klein dan groot; langwerpig met  gewelfde schedel; gezicht levendig rood.

Rozenkam, nauwelijks middelgroot, fijn gepareld, laag en stevig op de kop geplaatst; middellange doorn, die de neklijn volgt; rood.

Krachtig, middellang; vleeskleurig.

Nauwelijks middellang, dun, gerond, fijn van weefsel; levendig rood.

Middelgroot, langwerpig rond, glad, fijn van weefsel; rood.

Groot; levendig rood.

Ruim middellang, fraai gebogen, halsbehang, reikt tot op de schouders.

Rug vrij lang, breed, recht, iets aflopend naar de staart; zadel breed, zadelbehang goed ontwikkeld.

Breed, diep, vol, licht gewelfd.

Middellang, goed aangetrokken en horizontaal gedragen.

Breed.

Goed ontwikkeld, enigszins samengevouwen en onder een zeer stompe hoek met de rug gedragen; sikkels middellang, matig gebogen, staartdek-veren talrijk.

Breed en vol.

Middellang met glad aanliggend gevederte, goed uit elkaar geplaatst en van voren gezien evenwijdig aan elkaar staande.

Middellang, fijn gebouwd en glad geschubd; wit tot licht vleeskleurig;

vier middellange tenen.

Aanliggend.

Eventuele verschillen tussen haan en hen

Behoudens secundaire geslachtskenmerken geen verschillen van betekenis. Bij de hen zijn de kinlellen vrij kort; zij bezit een goed ontwikkelde legbuik en de rug wordt horizontaal gedragen, zonder enige kussenvorming.

Ernstige fouten

Plompe, grove of zwakgebouwde romp; korte rug; te lage of te hoge beenstelling; te hoog en gespreid gedragen staart; kussenvorming aan dijen en op rug; grove gedeukte kam; opstaande kamdoorn; wit in de oorlellen.

Fouten

Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend.

Kleurslagen:

Wit: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 98 van de Algemene Kleurbeschrijving.

Wit zwartcolumbia: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 61 van de Algemene Kleurbeschrijving, met dien verstande, dat bij de haan geringe zadeltekening is toegestaan.

speciaalclub

overzicht kippenrassen

Fokkers Frisia