11. |
Roodgeschouderd wit (witpatrijs) |
|
c 01-17 |
||
· Kleur en tekening van de haan Kop: oranjerood. Hals: halsbehang van boven naar onder geleidelijk overgaand van oranje naar oranjegeel; iedere veer met een roomwitte schachtstreep, evenwijdig lopende aan de veerrand; de schachtstreep eindigt dicht bij het einde van de veer in een punt; schacht roomwit; veren aan de voorzijde van de hals roomwit. Schouders en rug: karmijnrood. Zadel: zadelbehang oranje tot lichtoranje met meer of minder duidelijke roomwitte schachtstreeptekening. Een iets diepere tint in het zadelbehang dan in het halsbehang is toegestaan, doch een zo groot mogelijke gelijkheid in kleurdiepte bij beide veergroepen is gewenst. Staart: geheel roomkleurig wit. Vleugels: boeg en vleugelband: room kleurig wit. Grote slagpennen: roomkleurig wit met een smal bruin randje langs de buitenvaan. De buitenvaan van de kleine slagpennen is roodbruin, en vormen voor zover deze bij gesloten vleugel zichtbaar zijn een vleugeldriehoek; de binnenvaan is roomkleurig wit. Borst, buik, achterlijf en dijen: roomkleurig wit. Donskleur van alle veergroepen: roomkleurig wit. · Kleur en tekening van de hen Kop: goudgeel. Hals: halskraag goudgeel, iedere veer voorzien van een brede roomkleurig witte schachtstreep, evenwijdig lopende aan de veerrand en eindigende in een punt dicht bij het einde van de veer. Voorzijde van de hals zalmkleurig bruin. Schouders: schouderboogveren roomwit; enige bruine aanslag is toegestaan indien dit het totaalbeeld niet verstoord. Rug en zadel: roomkleurig wit. De pepering is bij deze kleurslag niet zichtbaar aanwezig. Staart: geheel roomkleurig wit. Vleugels: boeg, vleugel band en vleugeldekveren roomkleurig wit . Grote slagpennen en kleine slag pennen: roomkleurig wit . Borst: egaal warm zalmkleurig roodbruin. Buik, achterlijf, dijen en donskleur: roomkleurig wit. ü Ernstige fouten bij de haan Haan: borst- en staartveren anders dan wit of roomkleurig; de gekleurde veerpartijen geheel onvoldoende van kleurdiepte. ü Ernstige fouten bij de hen Teveel bruine aanslag op vleugels en rug; halskraag en borst geheel onvoldoende van kleurdiepte. o Fouten bij de haan Het gedeeltelijk ontbreken van de roodbruine vleugeldriehoek. o Fouten bij de hen Iets bruinachtig op de schouders en iets te lichte borstkleur. |
||