Meissner Hangoor
|
||
c 02-21 |
||
Rasinformatie |
||
speciaalclub |
Fokkers Frisia |
9. De Meissner Hangoor |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Puntenschaal groep 6 : hangoren
c: 02-21 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1. gewicht : het gewicht is 3,50 tot 5,50 kg. Puntenschaal voor het gewicht:
2. type, bouw en stelling Het type is gedrongen ( type groep c). De bouw is breed in voor- en achterhand. Breed in de schouders en achterhand. De borst is diep. De nek is kort en krachtig. De ruglijn loopt vanuit de nek iets omhoog naar de goed gevulde achterhand, welke kort is afgerond zonder hoekig te zijn. De benen zijn dik, kort en gespierd. Het ras heeft een lage stelling. Een juiste stelling toont de aanwezige rasadel. Een geringe wamaanzet of halskraagje is slechts toegestaan bij overjarige vrouwelijke dieren.
3. Pels en pelsconditie. De pels is van normale lengte, dicht ingeplant, rijk aan onderhaar, zacht en glanzend. Pelsconditie: Zie het algemene gedeelte
4. Kopvorm. De kopvorm is sterk ontwikkeld, met breed voorhoofd, breed tussen de ogen, sterk ontwikkelde kaken en wangen en brede snuit. Het neusbeen is sterk gebogen. Bij de ram is een kinknobbel ( knoop) toegestaan. Hieronder wordt verstaan een aanhangsel onder de kin, niet aan de keel, zo klein mogelijk en goed gevormd.
5. Oren: structuur dracht en lengte De oren zijn dik, breed, stevig van structuur en aan de top lepelvormig afgerond. De oren hangen met de schaalopening naar de kopzijde gekeerd en vanuit de zijkant gezien, loodrecht naar beneden. Van voren gezien worden ze hoefijzervormig gedragen. De lengte van de oren gemeten van punt tot punt met inbegrip van schedel breedte, is 32 tot 38 cm. Door de ombuiging van de oren aan de basis ontstaat op de kop 2 zichtbare verhogingen, kronen genoemd. Hoe zwaarder en steviger de oorstructuur, hoe beter deze kronen uitkomen.
Puntenschaal voor de oorlengte:
6. Kleur en verzilvering. De Meissner hangoor is erkend in de kleuren: Konijngrijs, zwart, blauw, geel, zwart-bont en blauw-bont.
Deze kleuren moeten zo intens mogelijk zijn, om de verzilvering contrastrijk te laten uitkomen. Verlangd wordt een gelijkmatige verzilvering over het gehele lichaam, uitgezonderd de witgekleurde delen bij bont, waarbij de nuance van verzilvering ongeveer bij “midden”ligt. De midden nuance heeft een ruimere speling dan bij de zilverrassen. Een gelijkmatige verzilvering over het gehele dier is belangrijker dan de juiste nuance van verzilvering.
Zie voor de verdere beschrijving van de kleuren en de verzilvering het ras Klein Zilver en voor de bonttekening het ras Franse Hangoor. (onderstaand)
Bont Bij bont is sprake van mantel- en koptekening. Bij de manteltekening zijn de rug en de zijde zoveel mogelijk gekleurd. In de nek is iets witte aftekening aanwezig, welke niet verder mag reiken dan de schouderbladen. De kop is overwegend gekleurd. De snuit is geheel gekleurd. Op het voorhoofd zit een witte vlek ( kol). Tussen snuit en wangen zit iets witte aftekening, welke doorloopt tot de onderzijde van de kop. De borst is bij voorkeur wit gekleurd. De voorzijde van de voorbenen is eveneens wit. De achterbenen, buik en onderzijde van de staart zijn overwegend of geheel wit gekleurd. De bovenzijde van de staart is gekleurd. De bonttekening dient zo veel mogelijk symmetrisch te zijn. De nagels zijn bij bont kleurloos.
7. Lichaamsconditie en verzorging Zie het algemene gedeelte
Lichte fouten. Geringe afwijking in type, Geringe afwijking in bouw. Iets lange pels. Iets weinig onderhaar. Iets afwijkende kopvorm of oordracht. Geringe vouwen of plooien in de oren. Iets weinig verzilverde kop, oren, borst, benen of staart. Iets onregelmatige verzilvering. Iets bruine aanslag aan buik of flanken. Iets zwakke tussen- of grondkleur. Zie verder lichte fouten in het algemene gedeelte en voor die van de verzilvering het ras Klein Zilver. Voor lichte fouten van de bonttekening zie het ras Franse Hangoor. (onderstaand)
Bont: Weinig symmetrie in tekening. Iets wit op snuit. Enkele witte vlekjes, die minder dan 4 cm verwijder zijn van de oorbasis, op de oren. Gekleurde vlekken op de borst. Kop iets donker of iets licht gekleurd. Enkele afwijkende haren in de gekleurde velden. Iets witte kleur op achterhand onder opgeslagen staart. Geheel gekleurde nek. Tamelijk veel kleur aan buik. Gekleurde nagel(s) achterbenen .
Zware fouten Grote afwijkingen in type. Grote afwijkingen in bouw. Te lange pels. Te weinig onderhaar. Sterk afwijkende kopvorm. Kinknobbel bij ram foutief geplaatst. Misvormde oren. Zwaar beschadigde oren. Horizontaal of bijna horizontaal dragen van de oren. Oren met de schaalopening naar voren gericht. Ontbreken van kronen. Ontbreken van verzilvering op kop of oren. Geheel lichte borst of benen uitgezonderd bij bont. Te rijke of te donkere nuance van verzilvering. Te veel bruine aanslag op het lichaam. Te zwakke tussen- of grondkleur. Zie verder zware fouten in het algemene gedeelte en voor die van verzilvering het ras Klein Zilver. Voor zware fouten van de bonttekening zie het ras Franse Hangoor. (onderstaand).
Bont: Grote afwijkingen van het gewenste tekeningbeeld, bijvoorbeeld geheel of vrijwel geheel witte kop of snuit. Vlekken of witte velden, die verder dan 4 cm van de oorbasis verwijderd zijn, op de oren. Een donker gekleurde kop. Te veel afwijkend gekleurde haren in gekleurde velden. Meer dan een gekleurde vlek op borst. Te veel wit in mantel. Elleboogvlek welke frontaangezicht verder doorloopt dan de helft van de beendikte. Gekleurde nagel(s) voorbenen.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Overzicht konijnenrassen |
Fokkers Frisia |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||