Gumbiner Tuimelaar |
||||
c 03-17 |
D 909 |
|||
Land van oorsprong: Voormalig Duitse stad Gumbinen in Oost-Pruisen, thans Gusev in Russisch gebied. Algemeen voorkomen: Middelgroot, compact, licht afhellende houding, middellange snavel, Schelpkap. Raskenmerken: |
||||
Type Stand Kop
Ogen Oogranden Snavel Hals Borst Rug Vleugels Staart Benen Bevedering |
Compacte middelgrote duif. Licht afhellende houding. Breed, licht afgeplat, voorhoofd matig gewelfd; met brede, afstaande schelpkap met sprekende rozetten. Parelkleurig. Fijn, bleek tot roodachtig. Middellang (niet korter dan 1 cm), breed aangezet, licht afhangend. Middellang, krachtig. Breed, goed gerond en naar voren tredend. Breed eb niet te kort. Middellang, vleugeldracht normaal. Middellang, staartdracht normaal. Middellang, krachtig; onbevederd of bekousd met bedekte tenen. Strak aanliggend en glanzend. |
|||
Kleurslagen: Ø Zwart, dun, rood en geel; Ø Blauw zwartgeband, blauwzilver donkergeband, roodzilver geband en geelzilver geband; blauw gekrast. |
||||
Kleur en tekening: Zie voor kleuren het hoofdstuk “Specificatie van kleuren” in de NBS-standaard. De kleuren intensief, respectievelijk zuiver. Kop,staart, aan elke vleugel 3-6 buitenste slagpennen en de eventuele voetbevedering wit, de overige bevedering gekleurd. De witte kop tot ongeveer 5 mm onder de ogen en scherp rondom de kop afgetekend. De kap gekleurd. Staartaftekening op de stuit en recht. Gekleurde buik is wenselijk. |
||||
Fouten: Smal, lang lichaam; hoekige, smalle kop; te korte snavel; niet correcte vleugeldracht; erg rode iris; scheve kap; ernstige afwijkingen in kleur en tekening; onbedekte tenen bij bekousd. Beoordeling: ü Algemeen voorkomen ü Kop en kap ü Snavel ü Oogkleur ü Type en stand ü Tekening ü Kleur Ringmaat: kaalbenig 7 mm.; bekousd 8 mm. |
||||
speciaalclub |
||||