Württemberger Moorkop |
||||
c 02-17 |
D 442 |
|||
Land van oorsprong: Duitsland; Württemberg. Algemeen voorkomen: Krachtig, veredeld veldduiventype met middelhoge stand en bijna horizontale houding, schelpkap en dichte middellange voetbevedering. Raskenmerken: |
||||
Type Stand Kop
Ogen Oogranden Snavel
Neusdoppen Hals Keel Borst Rug Vleugels Staart Benen Bevedering |
Krachtig veredeld veldduiftype. Middelhoog; bijna horizontale houding. Tamelijk breed, met gewelfd voorhoofd en vrijstaande, hoog zittende schelpkap, begrensd door rozetten. Donker. Smal, onopvallend, conform de veerkleur. Middellang, bij zwart en blauw met snip donkere ondersnavel, bovensnavel licht (om de neusdoppen enigszins gekleurd is toegestaan) bij zwart en blauw zonder snip de hele snavel zwart respectievelijk donker, bij rood en geel met en zonder snip licht. Glad, wit bepoederd. Middellang. Goed uitgesneden. Breed, goed gerond. Breed in de schouders, licht afhellend. Lang, vleugeldracht normaal. Lang, staartdracht normaal. Kort, korte, dichte, geronde voetbevedering met gierhakken. Goed ontwikkeld, glad aanliggend. |
|||
Kleurslagen: Ø Zwart en blauw, rood en geel met of zonder witte snip. |
||||
Kleur en tekening: Zie voor kleuren het hoofdstuk “Specificatie van kleuren” in de NBS-standaard. De lakkleuren intensief, respectievelijk zuiver, glans wordt nagestreefd, blauw licht, gelijkmatig met zwarte staartband; kop, voorhals, bovenborst en de staart met boven- en onderstaartdek (kiel) gekleurd. Kap, achterhals en de overige bevedering en bij gesnipte ook de snip wit. |
||||
Fouten: Klein lichaam; te weinig voetbevedering; scheve kap of dwarsscheiding in de nek; ontbrekende of verkeerd geplaatste rozetten; donkere bovensnavel bij zwart en blauw met snip; gekleurde veren in de kap of op de achterhals; te korte slab; schimmel in staart of kiel; matte kleur. Beoordeling: ü Algemeen voorkomen ü Type en stand ü Grootte ü Kap ü Tekening ü Kleur ü Voetbevedering ü Oog- en snavelkleur Ringmaat: 10 mm. |
||||
speciaalclub |
||||